Lenen aan vluchtelingen via Wakibi

Door ineke van arnhem op 26-9-2014

Lenen aan vluchtelingen, kan dat? Jazeker, heel goed zelfs. Denk aan Syrische vluchtelingen, Palestijnse ontheemden of verjaagde Irakezen. Je vindt ze op Wakibi. Kies bijvoorbeeld een project in landen waar vluchtelingen worden opgevangen. Dat is een extreem noodzakelijke druppel op een gloeiende plaat.http://www.kiva.com

Anno 2014 is een recordaantal mensen wereldwijd op de vlucht: 51,2 miljoen, de helft zijn kinderen (telling VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR). Sinds de Tweede Wereldoorlog waren er nog nooit zoveel mensen op de vlucht als nu en het aantal blijft groeien. Dat komt vooral door de burgeroorlog in Syrië.

Arme landen bieden meer hulp dan rijke
Ontwikkelingslanden bieden hulp en opvang aan 90 procent van de vluchtelingen wereldwijd, blijkt uit cijfers van de UNCHR. In de top vijf staan: Pakistan, Iran, Duitsland, Kenia, Syrië. Duitsland is dus een gunstige uitzondering.
Syriërs vormen op dit moment de grootste groep vluchtelingen: 2,5 miljoen vluchtten naar een ander land, 6,5 miljoen mensen raakten ontheemd in eigen land. Uit Pakistan, Somalië, Irak, Congo en Myanmar (vroegere Birma) komen al jarenlang de meeste vluchtelingen.

Hoe werkt dat dan, lenen aan vluchtelingen?
Betalen ze wel terug en zijn ze in staat om te midden van alle ellende een business te starten? Allereerst moeten we misschien ons beeld van vluchtelingen bijstellen. Als je de beelden op tv ziet van enorme kampen met tenten, voelt het alsof dit alleen maar tijdelijk kan zijn. In de praktijk groeien zulke kampen uit tot semipermanente steden van zeil en tentdoek. Een vluchteling blijft gemiddeld zeventien jaar in zo’n kamp.

Joyce durft de straat niet meer op
Lenen aan vluchtelingen is inderdaad risicovol. Kijk maar naar het verhaal van de Afrikaanse Joyce. Ze was 15 toen ze de oorlog in Congo ontvluchtte en een levensgevaarlijke reis ondernam naar Kenia. Nu is ze 19, moeder van twee kinderen en staat ze er alleen voor. Via Kiva-partner RefugePoint kreeg ze een lening en startte een succesvol handeltje.

Terugbetalen ging prima en dus kon ze met een tweede lening haar handel uitbouwen. Alles ging goed tot de regering in 2013 startte met de massale deportatie van vluchtelingen naar de grens, zogenaamd om terrorisme tegen te gaan. Op het busstation van Nairobi werd Joyce opgepakt, maar gelukkig al snel weer vrijgelaten. Wel werd haar volledige handelsvoorraad geconfisqueerd en dat betekende het einde van haar bedrijfje. Ze kan haar lening dus niet terugbetalen. Ze durft nu amper haar huis uit te komen en werkt alleen nog als wasvrouw bij haar buren.

Lessen uit het verleden
Van meet af aan beseften MFI’s (instellingen voor microkrediet) dat hun financiële buffers extra stevig moeten zijn als zij leningen met een flink risico verstrekken. Dat doen ze bijvoorbeeld door samenwerking met renteloze kapitaalverschaffers zoals Kiva. Andere lessen die geleerd zijn de afgelopen tien jaar:
 

1. Microkrediet moet heel duidelijk gepresenteerd worden als lening die terugbetaald moet worden met rente. Misbruik wordt direct de kop ingedrukt. In vluchtelingen kampen krijg je de meeste middelen en diensten gratis, wat vaak leidt tot afhankelijkheid en apathie. Microkrediet vergt een andere instelling.
2. Microkrediet moet samengaan met intensieve training en mentoring.
3. Intensieve screening cliënten.
4. Zoveel mogelijk lenen in een groep.
5. Banken zijn er vaak niet, dus lenen in cash. Maar ook: extra bewaking organiseren voor de cliënten en loan officers.
6. Consequente monitoring van de aflossingen.
7. Samenwerking zoeken met hulpverleners ter plaatse en erop toezien dat cliënten toegang hebben tot medische voorzieningen en voedselhulp.

 

Wat als vluchtelingen geen ondernemersbloed hebben?
Veel gehoorde kritiek op microkrediet is dat je ondernemerskwaliteiten moet bezitten om succes te boeken. En die kwaliteiten bezitten veel mensen niet. Dat klopt, maar juist daarom doen MFI’s veel meer dan simpelweg een geldkraan opendraaien. Mensen worden meegenomen in een denkproces, opgeleid tot ondernemer, gestimuleerd om te sparen.

Mooi voorbeeld is de Syrische vluchtelinge Hayat, die zelf nog het meest verbaasd is over haar onvermoede kwaliteiten. Zij woont in een vluchtelingenkamp even buiten Beiroet in Libanon. Met haar eerste lening startte ze thuis een winkeltje met speelgoed en bloemen. Dat liep goed en met enkele nieuwe leningen wist ze haar zaak uit te bouwen en haar omzet al jaren op peil te houden. Van haar inkomsten betaalt ze onderwijs voor haar kinderen en de medische kosten die haar zieke man moet maken. Ook heeft ze haar huisje aanzienlijk kunnen opknappen. “Wie had ooit kunnen denken dat ik als vrouw mijn eigen zaak zou runnen?” lacht Hayat in een interview met een Kiva-vrijwilliger. “Dankzij de leningen van Al Majmoua is dit mogelijk.”

Zo vind je projecten van vluchtelingen
Wil je graag lenen aan vluchtelingen, dan is dat in principe mogelijk. Echter, de zoekfuncties op onze site zijn helaas nog beperkt: zoeken op de term ‘vluchteling’ of ‘refugee’ levert niks op. Wij denken nog na over effectieve zoekmogelijkheden, maar voorlopig raden wij onder andere aan om bij landen die vluchtelingen opvangen te kijken: Kenia, Pakistan, Libanon. 

Als je vragen of commentaar hebt over dit artikel of de betrokkenheid van Wakibi, mail dan naar support@wakibi.nl.



Bronnen:
www.unhcr.nl
www.nrc.nl
www.refugepoint.org
www.viceversaonline.nl
www.refworld.org
www.kiva.com